Team DTTR. De volgende keer dat ik zelf mag invullen bij welk team ik hoor, dan zou dat het moeten zijn, Team Duct Tape & Tie Rips. Hoe ik hier toch weer beland ben.
Het laatste verslag op deze site is van 2015. Het is langer zo dat ik de meerwaarde niet meer inzag om van elke poep en scheet een uitgebreid wedstrijdverslag neer te pennen. Je kan maar zovaak vertellen over dat je de echte macht miste in het legendarische rondje daar in de weilanden in Ammehoelaveen, voordat je jezelf moet gaan afvragen of de lezer zit te wachten op jouw analyse van het aantal gelletjes dat je tot je hebt genomen.
Dus ik bewaarde het voor de meer aansprekende momenten. Die waren er niet veel sindsdien. Integendeel. In het najaar van 2015 kwam ik stil te staan. Een trein die letterlijk van de rails afreed. Van een PR naar niets. Meer dan niets. Wekenlang lag ik op de bank. Kon nauwelijks lopen. Rug. Stuk. Een tussenwervel is weggesleten. Komt niet meer terug. Langzaam maar zeker bouwde ik weer op. Ministapje voor ministapje. Lange tijd wandelende ik alleen maar. Weer een beetje zwemmen. Toen wat fietsen erbij. Tenslotte lopen. Elke dag mobiliserende, stabiliserende en versterkende oefeningen voor mijn romp/heup-regio. Nu nog. Elke avond. 30 tot 45 minuten. En het werd iets beter. En nog iets beter. De mensen om me heen weten dat lang zitten nog steeds niet goed voor me is.
Maar het bloed stroomt. En toen, bijna 1,5 jaar later, ging er eigenlijk een heleboel goed. Het voorjaar had zijn eigen tegenslagen. Een paar weken niet kunnen fietsen. Een beetje zus, een beetje zo. Maar dat hebben we allemaal. Dus toen de Frysman bijna vol was, kriebelde het toch. Kan ik het nog? Kan mijn lichaam dit nog aan?
Want lieve mensen. Elke triathlon is mooi. En toch is er niets zo mooi als een hele. Vele redenen, die het beste worden uitgediept onder het genot van een triple. Best believe that.
Dus ik schreef me in. Maar de wind bleef tegen staan. Ik scheurde mijn enkelband in tijdens de triathlon in Amsterdam. Ingetaped liep ik nog een paar trainingen. Een lange duurloop, want anders was die er helemaal niet van gekomen. En in de week vooraf dwong een fikse luchtweginfectie me tot misschien wel de broodnodige rust.
Needless to say dat ik wel met veel hoop startte, maar niet per se met veel vertrouwen. Nooit startte ik een hele met zo weinig kilometers. Met zoveel gedoe. Met de onderliggende twijfel of mijn lichaam het wel aan zou kunnen.
Ja dus.
Het was een vreemde gewaarwording om vooraf aan een hele in mijn eigen bed te slapen. Top Sherpa Karla kwam me rond 4.30 halen, en mooi op tijd waren we op de Roode Klif. Het weer zat mee, spullen voor elkaar.
Na een soepele voorbereiding sta ik in het koele water. Wout Zijlstra doet een praatje. De boeien zijn matig zichtbaar, de ronde lijkt lang. Dan gaat het startschot. Het gaat meteen voor geen meter. In het zwembad zwem ik als nooit tevoren, maar het Open Water is me wederom slecht gezind. Ik mis weer de boot, kom ik het achterliggende groepje terecht wat super ontspannen rond gaat. Versnellen wil ook niet, ik zie weer geen hand voor ogen. Ik berust me in mijn lot. Aan de kant, na precies een uur, hoor ik dat ik ruim 4 minuten achterlig op de kop. Dat is geen best begin.
Ik wissel rustig. Aero top aan. Gelletjes mee. Rust vinden. De dag is nog lang. Ik zet me aan het werk, op het gevarieerde parcours. Veel afwisseling, wat lichte klimmetjes/vals plat, je krijgt het gewoon in Friesland. De wind staat niet heel gunstig, maar na de eerste ronde kom ik toch door in ongeveer 39 gemiddeld. Heb het eigenlijk best zwaar, ondanks dat ik ondertussen ben opgerukt naar de 2e plaats. Stefan rijdt er ver voor, loopt zelfs uit. Ik focus me op mezelf. Rij mijn tempo. Mijn hartslag. Mijn ritme. Het proces is belangrijk, niet het gemiddelde. Kom in mijn ritme en ondanks dat het voelt dat de wind maar blijft veranderen en draaien, kan ik toch een mooi ritme en tempo vasthouden.
Na ronde 3 hoor ik dat ik inloop. Onderweg in ronde 4 krijg ik opeens steeds meer teruglopende tussentijden te horen. Dat motiveert, en helemaal op de dijk als ik Stefan en zijn motorbegeleiding steeds dichterbij zie komen. Van de maximaal 6,5 minuut blijft slechts 1 over bij de de wissel. Fietstijd zo rond de 4.40.
Die wissel, is tegen mijn gewoonte in snel. Waar ik de tijd pakte in T1, doet Stefan dat in T2, en ik kom net achter hem het parcours op. Ik loop meteen lekker, en loop pats naar hem toe. Achteraf een twijfelachtige strategie, maar na 2 km rond de 4/km kies ik toch eieren voor mijn geld. Dat is niet mijn tempo, niet nu, niet met deze training.
Ik focus weer op mijn eigen ritme, en zie Stefan langzaam weglopen. Dat loopt uit naar uiteindelijk 3 minuten, en terwijl het warm is verzorg ik mezelf goed. Een hele is lang, het parcours is uitdagend met soms lijkt het wel alleen maar vals plat omhoog, met als toetje een onverharde klim naar de Start/Finish, elke van de 6 rondes. Als hij verslapt op het eind, dan heb ik nog eens kans.
Die berichten komen ook. De wedstrijd is mooi, en ondanks dat ik in een tunnel zit, blijft het prachtig om op deze voor Friezen heilige grond te mogen strijden. 2 rondes voor het eind komen de berichten inderdaad. Stefan is niet heel fris meer. Ik draai het tempo wat op, en in het de laatste ronde speel ik alles of niet. Hard wordt de afstand kleiner en ik nader tot 30″. Maar dan vind hij nog iets extras, en loop ik tegen de grenzen van mijn kunnen aan, als de weg weer eens vals plat omhoog gaat.
De laatste keer klif omhoog heb ik al losgelaten. Ik geniet van het uitzicht, de wind, de mensen en dat mooie brok steen. Ik ben, totaal onverwacht voor mijzelf, wederom onder de 9u gegaan. 8.57.02. Stefan had zijn snelste hele nodig om me voor te blijven. Ik kan het nog! En het kan nog zoveel beter.
Na afloop ben ik niet zo emotioneel als ik vooraf had verwacht. Een paar momenten, maar nu ik hier zit te schrijven is dat er nog steeds niet geweest.
Integendeel. Hernieuwde focus.
We’re Not Here To Take Part.
We spreken elkaar snel weer.